AMSTERDAM - Sial Parijs staat weer voor de deur. De grootste foodbeurs ter wereld viert dit jaar haar zestigjarig bestaan. Voor de editie in Parijs van 19 tot en met 23 oktober zijn een aantal organisatorische wijzigingen doorgevoerd die het de bezoekers makkelijker moeten maken de juiste producten en leveranciers te vinden.
Levensmiddelenkrant sprak met Pamela Themonis, international promotion manager van Sial en Coen Rosdorff, directeur van Promosalons Nederland, die in ons land Sial vertegenwoordigt.
Dat dit nodig is, blijkt wel uit de cijfers over de beurs. Rond de 7500 standhouders uit meer dan 130 landen en meer dan 400.000 producten over een oppervlakte van 250.000 vierkante meter. Hoe ga je er als organisator voor zorgen dat inkopers en andere bezoekers het beste uit hun bezoek kunnen halen. Door de fabrikanten en leveranciers te groeperen in sectoren gebaseerd op het product kunnen de 285.000 bezoekers vinden waar ze naar op zoek zijn. Qua internationale bezoekersaantallen staat Nederland op de vierde plaats, na Italië, Spanje en België. “Het is echt een internationale beurs”, zegt Rosdorff. “Ongeveer 20 procent van de standhouders in Frans, de rest komt van over de hele wereld. Hetzelfde geldt voor de bezoekers”.
Tekst gaat verder onder de foto ↓
“Er is steeds meer vraag naar voedsel en die vraag blijft groeien”, legt Themonis uit tijdens het gesprek. “We moeten de juiste voedingsmiddelen op de juiste plaats krijgen. Mensen over de hele wereld moeten toegang hebben tot goede producten die smaak hebben en die ze kunnen bekostigen. Hiervoor bestaat Sial hier in Parijs maar ook in andere delen van de wereld. Voor Sial zijn er drie belangrijke uitgangspunten. Nummer een is zaken doen. Mensen komen naar de beurs om te handelen”, legt Themonis uit. En dat is terug te zien in de cijfers. Geschat wordt dat 83% van de inkopers daadwerkelijk afspraken maakt tijdens is na de beurs. “De tweede is inspiratie in de voedselindustrie. We hopen dat bezoekers geïnspireerd worden door de producten en de innovaties die ze op de beurs tegenkomen. De derde en laatste in netwerken. Je hebt hier de retailers, importeurs, producenten en distributeurs in de voedselindustrie op een plek”, aldus Themonis.
Wachtlijst
Sial Parijs is groter dan ooit. Er wordt zelfs een tijdelijke hal bijgeplaatst om alle standhouders onderdak te kunnen bieden. “We zijn zelfs in feite nu uitverkocht met standruimte. Bedrijven die zich sinds eind maart, begin april bij ons hebben aangemeld staan al op de wachtlijst. Waarschijnlijk kunnen we deze bedrijven wel een plek geven door afzeggingen en wat aanpassingen, maar feitelijk is Sial als zes maanden voor de beurs uitverkocht. Dat is nog nooit zo vroeg gebeurd”, legt Rosdorff uit. Themonis voegt daar aan toe: “Er zijn een hoop nieuwe standhouders uit bijvoorbeeld landen in Afrika die nu naar Sial komen”. Maar ook vanuit Nederland groeit de belangstelling om op de beurs te staan. ‘Ik heb nu al rond de twaalf bedrijven op de wachtlijst en elke week komen daar een paar bij. We hopen ze nog wel binnen te krijgen”, zegt Rosdorff. “Het is ook niet goed om zo lang van tevoren als bedrijven te moeten teleurstellen”. Voor wat betreft de Nederlandse deelname betreft zijn de cijfers imposant. De meer dan 160 vaderlandse bedrijven nemen ongeveer 6600 vierkante meter beursruimte in. Vanuit ons land komen meer dan 2500 bezoekers naar de beurs.
Tekst gaat verder onder de foto ↓
Pratend over de wijzigingen op de beursvloer vertelt Themonis: “We hadden in de hallen 1 tot en met 4, van de 11 hallen die in gebruik zijn, nationale paviljoens en waren de andere hallen ingedeeld op productsectoren. Voor dit jaar hebben we voor de hele beurs de indeling op productsector. Voordeel is dat als je bijvoorbeeld inkoper in de zuivel bent, je alle bedrijven bij elkaar vindt”. Rosdorff vult aan dat dit best wel een grote stap is. “Bijvoorbeeld het grote Italiaanse paviljoen is nu opgesplitst in meerdere kleine nationale paviljoens verdeeld over de verschillende sectoren. Diverse bedrijven staan graag op hun vertrouwde plaats en nu hebben we ze verteld dat het niet meer mogelijk is. Wat we ze vertellen is dat nu iedereen die langskomt op zoek is naar jouw soort producten. Maar sommigen zullen pas na de beurs overtuigd zijn”. Kleine producenten die eerst in de nationale paviljoens stonden en daar hulp kregen van overheidsorganisaties uit hun land, zullen dat op hun nieuwe plek misschien moeten missen.
Themonis en Rosdorff zijn het er beiden over eens. Sial Parijs 2024 is met de aanpassingen beter geworden. Binnenkort in deel twee van het interview alles over de andere activiteiten die worden georganiseerd op de beurs.
Bron: Levensmiddelenkrant