voedselverspilling.jpg

Voedingscentrum over kansen

DEN HAAG – Samen Tegen Voedselverspilling, waar het Voedingscentrum een dragende organisatie bij is, organiseert de Verspillingsvrije Week voor de zesde keer. Het Voedingscentrum richt zich hierbij voornamelijk op de consument. Om die te bereiken, moet ook de winkelvloer ingericht zijn om voedselverspilling onder de aandacht te brengen.

Lisa van der Linden |

Wat is de achterliggende gedachte van de Verspillingsvrije Week?
“In Nederland wordt een kwart van al ons eten nooit gegeten. Al dat eten wordt verbouwd, verwerkt, vervoerd, gekoeld en warm gemaakt. We stoppen er veel energie in. Energie die de aarde opwarmt. Des te belangrijker dat we zo min mogelijk eten verspillen. Die boodschap delen we met heel Nederland tijdens de Verspillingsvrije Week.”

Wat zijn de meest recente cijfers van voedselverspilling?
“In Nederland verspilden we in 2022 ongeveer 33,4 kilo per persoon per jaar aan vast voedsel. De waarde hiervan was ruim € 138,- per persoon per jaar. De vijf meest verspilde productgroepen zijn brood en deegwaren (6,2 kg), groente (4,4 kg), fruit (4,3 kg), aardappelen (2,8 kg) en zuivel (2,8 kg). Dit is ongeveer 8,9% van de totaal gekochte hoeveelheid vast voedsel.”

Wat is het thema van de Verspillingsvrije Week?
“Dit jaar ligt de focus van de Verspillingsvrije Week op ‘voorraad management’. Door regelmatig je voorraad te checken en te koken met wat het eerst op moet, voorkom je al een hoop voedselverspilling. Van 9 tot en met 15 september inspireren en activeren we Nederlanders met een groot aantal partners om een week lang niets weg te gooien. Zo kunnen partners verschillende tools bestellen, zoals het Eetmaatje en stickers om uit te delen in die week. Ook hebben we sinds vorig jaar een nieuw hulpmiddel, namelijk de ‘Eerst op’-tape. Deze helpt je om je voorraad beter in de gaten te houden, met name in de koelkast. Door deze tape op producten te plakken waarbij de houdbaarheidsdatum dreigt te verlopen, of door met de tape een plank te markeren waarop etenswaren staan die snel op moeten, kan je precies zien wat er als eerste opgemaakt moet worden. Er zijn al heel veel partners, zoals gemeenten en supermarkten, die deze tools uitdelen in de Verspillingsvrije Week. Hiernaast zal er natuurlijk een campagne lopen die Nederlanders bewust maakt van het belang om minder voedsel te verspillen.”

"Nederland verspilt circa 33,4 kilo voedsel per persoon per jaar"

Hoe kunnen supermarkten aandacht besteden aan de Verspillingsvrije Week?
“Een supermarkt is natuurlijk een ideale plek om de Verspillingsvrije Week onder de aandacht te brengen. Dat kunnen ze doen door verspillingsvrije tips te delen in de winkel, in de folder of op de socialmediakanalen, maar ook door tools te verspreiden om mensen concrete handvatten te bieden. Dat kan bijvoorbeeld door een thematafel in te richten. Andere tips zijn om receptkaarten uit te delen voor restjesinspiratie en om bewaarinformatie te verstrekken over het verschil tussen de THT- en TGT-datum.”

Bij veel consumenten ontbreekt het ook aan kennis: moet een tomaat in de koelkast of niet? Hoe zou op de winkelvloer meer educatie geboden kunnen worden?
“Op de winkelvloer kan bijvoorbeeld ingezet worden op bewustwording door te laten zien hoe ze zelf voedselverspilling verminderen of waarom bepaalde producten er wat minder mooi uitzien dan consumenten misschien gewend zijn. En natuurlijk kan de kennis bij de consument ook gevoed worden dankzij het delen van tips en informatie op de winkelvloer, in de folder en via social media.”

Wat doen jullie bij het Voedingscentrum zelf aan voedselverspilling verminderen?
“Fruit en groente worden op de juiste plek bewaard, zodat deze producten zo lang mogelijk goed blijven. Ook staat de koelkast op 4 graden, de ideale temperatuur om bederf te voorkomen. Als we recepten bereid hebben voor een video, of als er andere etenswaren over zijn, leggen we deze – afhankelijk van het type product – in of buiten de koelkast in de gemeenschappelijke ruimte en sturen we een mail rond binnen de organisatie. Dan weten de collega’s dat er het een en ander ligt en zo weten we zeker dat het opgegeten wordt.”

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.