Hoofdfoto.jpeg Hoogvliet werkt actief samen met SharEaty uit Rotterdam, waar maaltijden worden bereid voor gezinnen met een smalle beurs.

Interview: Hoogvliet over voedselverspilling

BLEISWIJK – Er is geen supermarktketen meer in Nederland die niet bezig is met het tegengaan van voedselverspilling. Van een beter inkoopbeleid tot producten afprijzen die de houdbaarheidsdatum naderen. Iedere organisatie heeft haar eigen aanpak.

Lisa van der Linden |

Hoogvliet heeft geen duurzaamheidsbeleid, zo vertelt Anneke van Kempen, duurzaamheidsmanager bij het in Bleiswijk gevestigde bedrijf. “Duurzaamheid is een containerbegrip: het is alles, maar ook niets. Het is voor mij een boom met duizend blaadjes: waar begin je?”, stelt Van Kempen. Om het overzichtelijk te maken, heeft Van Kempen duurzaamheid bij Hoogvliet opgedeeld in strategisch, wet- en regelgeving en lopende zaken. “Bij strategisch moet je denken aan het beleid. We willen dat ons beleid duurzaam is, daarom hebben we geen duurzaamheidsbeleid. Dit betekent dat we duurzaamheid borgen in de dagelijkse business. Het is een wens voor de nabije toekomst en we werken er hard aan om de hele organisatie hierin mee te nemen”, vertelt Van Kempen. “Mijn rol als duurzaamheidsmanager zal nooit overbodig worden, maar het is wel de bedoeling dat iedere afdeling het zelfstandig oppakt en kpi’s maakt. Daar moeten we naar toe. We zijn niet groot genoeg om op alle duurzaamheidsonderwerpen het verschil te maken, maar we willen wel onze verantwoordelijkheid nemen en vooral een goede buur en lokaal betrokken zijn. En als we door samenwerking minder kunnen verspillen, dan hou je daar geld aan over en dat komt ten goede aan de betaalbaarheid van onze producten”, stelt Van Kempen. “Je zult moeten verduurzamen en dat op een slimme manier integreren in je organisatie.”

Bij wet- en regelgeving draait alles om de welbekende CSRD. Hoogvliet is er volop mee bezig en moet in 2026 rapporteren over 2025. “We zijn op dit moment aan het analyseren hoe zuiver de data zijn en hoe het zit met alle rekenmethodes. De hele markt worstelt hiermee, maar over twee of drie jaar is het voor iedereen duidelijk waar we het over hebben. Tot die tijd moeten we duidelijk zijn over het doel om data transparant te maken en te rapporteren. Dat is waar het om gaat als we aan onder andere de klimaatdoelstelling willen voldoen.”
Dan als laatste de lopende zaken, die omschrijft Van Kempen als het inzichtelijk maken van hoe de impact op milieu, mens en maatschappij verlaagd kan worden. “Denk daarbij aan zonnepanelen plaatsen waar het kan, het wagenpark stap voor stap elektrificeren en het gebruik van vrachtwagens met een aanhanger. Hoogvliet is een organisatie die klein genoeg is om flexibel te zijn. We nemen snel besluiten en zijn wendbaar. Dat is positief als we het hebben over duurzaamheid”, legt Van Kempen uit.

"Duurzaamheid is een boom met duizend blaadjes, waar begin je?"

Samenwerkingen
In de weg naar een beleid dat duurzaam is, zoekt Hoogvliet bewust de samenwerking op met bestaande partijen. “Het zijn allemaal concepten die een lokaal netwerk hebben, waar wij een steentje aan kunnen bijdragen. Kijk bijvoorbeeld naar SharEaty. Dat is een Rotterdamse organisatie die overgebleven producten verzamelt en daar koken ze maaltijden van in een sociale keuken. Mensen die het minder goed hebben – een flinke groep in RotterdamZuid – kunnen diezelfde avond daarvan eten. Verder worden er sauzen en soepen bereid van de overgebleven producten. Deze worden direct gebruikt of ingevroren, waardoor de levensduur van de producten wordt verlengd”, aldus Van Kempen. Ze vindt het geweldig om te zien hoe met de producten lekkere maaltijden worden gemaakt voor mensen die het financieel niet breed hebben. “Het gaat er vaak om dat deze mensen nét te veel geld ontvangen om in aanmerking te komen voor de Voedselbank. Het zijn schrijnende verhalen en met onze bijdrage kunnen zij toch een warme maaltijd nuttigen. Dit is voor ons ook een bevestiging dat als je samenwerkt met een lokale partij, je een ingang hebt naar mensen die het echt nodig hebben”, voegt de duurzaamheidsmanager toe. “We hebben heel veel medewerkers bij Hoogvliet die intrinsiek gemotiveerd zijn om zich in te zetten voor dit soort goede initiatieven.

Goede aanvullingen
Het is niet de enige organisatie die overgebleven producten ontvangt van Hoogvliet. Aan lokale voedselbanken worden artikelen gedoneerd die nét wat langer houdbaar zijn en dat is ook nodig. In hoeverre raken de samenwerkingen elkaar? En heeft het invloed op elkaar? “SharEaty vult een gat op. De producten die écht vandaag op moeten, die krijgen zij. Maar producten die nog een paar dagen meekunnen, die doneren we aan de voedselbanken. Zij maken daar natuurlijk pakketten van en er gaan een paar dagen overheen voordat deze worden opgehaald door de mensen die daar recht op hebben. Op deze manier kunnen we een groot deel van onze voedselverspilling verminderen. De twee samenwerkingen vullen elkaar goed aan”, zegt Van Kempen.

Met de voedselbanken worden meerdere keren per jaar acties georganiseerd, zoals rondom de feestdagen. Consumenten kunnen in die periodes extra boodschappen doen die aan de voedselbanken worden gedoneerd, of ze kopen een product waarvan Hoogvliet een bedrag aan de stichting doneert. Verder is het mogelijk om statiegeld te doneren aan de voedselbanken in plaats van het bedrag zelf te innen. “We hebben onlangs weer een statiegeldactie afgerond, want het goede doel verandert elke drie maanden. In overleg met de voedselbanken is er dit keer voor gekozen om geen geldbedrag uit te keren. Ze ontvangen liever in de maanden dat zij minder donaties krijgen, producten van ons. Op die manier dragen wij dan opnieuw ons steentje bij”, zegt Van Kempen.

Artikel gaat verder onder de foto ↓

Vrachtwagen met aanhanger.png Vrachtwagens voorzien van een aanhanger, ook dat is duurzaam.

Jubileum
Dan is er nog de samenwerking met Too Good To Go. Eind dit jaar werkt Hoogvliet al weer vijf jaar samen met deze ‘grootste marktplaats voor onverkochte voedingsproducten’. “Het gaat daarbij echt om ‘op de datum’-producten, waarmee we onze klanten verrassen. Die eten dan wat er beschikbaar is”, licht Van Kempen toe. De samenwerking startte in 2019 en verloopt succesvol. Van Kempen vertelt dat de processen vanuit Too Good To Go continu slimmer worden gemaakt en de reacties van klanten positief zijn. “We zien ook steeds meer consumenten die een modaal inkomen hebben, of daar boven. Allemaal om voedselverspilling te voorkomen, mooi om te zien hoeveel impact je met zo’n app maakt. Dat zien we overigens ook op de winkelvloer. Daar wordt nagedacht over de inhoud van de box en we krijgen tips vanuit Too Good To Go over hoe je bijvoorbeeld ervoor kan zorgen dat mensen een avondmaaltijd kunnen bereiden met de inhoud van de box”, aldus Van Kempen. Daar waar nu het gros van de Hoogvliet-winkels enkel de verrassingsbox aanbiedt, loopt er een pilot met de broodbox in enkele winkels. De vraag is alleen of dat niet snijdt met het ‘brood van gisteren’ dat tegen een lager tarief wordt aangeboden in de winkels. “We gaan die pilot nog evalueren en kunnen dan beter concluderen of de broodbox bij Hoogvliet past. Tot nu toe krijgen we in ieder geval positieve reacties van klanten”, zegt de duurzaamheidsmanager.

Toekomst
Voedselverspilling volledig voorkomen is volgens Van Kempen ondenkbaar. Ze doen er bij Hoogvliet alles aan om de inkoop zo efficiënt mogelijk te organiseren, maar je wilt flexibel blijven en inspelen op de vraag van de consument. Daarom streeft de formule ernaar om voedselverspilling in eerste instantie zo veel mogelijk te voorkomen. De tweede stap is het te doneren aan een goed doel en het voor menselijke consumptie in te zetten. Wat daarna nog overblijft, wordt verwerkt tot veevoer. “We willen in de toekomst erop sturen dat voedsel zo min mogelijk wordt vernietigd”, stelt Van Kempen.

Wat eerder nog vaak de vuilnisbak in ging, zijn producten die verkeerd worden geleverd of met het logo van een andere formule. Leveranciers halen die goederen in negen van de tien gevallen niet op, omdat dat vaak meer kost dan het te laten staan. “Deze producten worden vervolgens gedoneerd aan de Voedselbank of SharEaty. Op die manier hebben zij meer donaties en hoeven wij die bruikbare producten niet onnodig weg te gooien”, vertelt de duurzaamheidsmanager. “We zijn ook een pilot gestart met de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), om te kijken of we artikelen die een foutief etiket hebben, maar wel bruikbaar zijn, kunnen doneren aan de voedselbanken. Het gaat hierbij uiteraard niet om producten met een issue rondom voedselveiligheid, maar om bijvoorbeeld een verkeerd vermeld gewicht. Deze pilot loopt voorlopig alleen bij Hoogvliet, omdat we een klein bedrijf zijn met een snelle en eenduidige besluitvorming. Als de pilot naar tevredenheid verloopt, kan de NVWA besluiten hier regelgeving op te maken die ook gaat gelden voor andere supermarkten.”

Samenvattend heeft Hoogvliet er strategisch voor gekozen om duurzaamheid aan te pakken op een manier die bij het bedrijf past. Niet door een duurzaamheidsbeleid te maken en dit te volgen, maar door het beleid duurzaam te maken en te focussen op zaken waar Hoogvliet het verschil kan maken. Dat is waarom samenwerkingen zo belangrijk zijn voor Hoogvliet waar het gaat om lokale betrokkenheid en de vermindering van voedselverspilling.

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.