DEN HAAG – In april waren fabrikanten minder negatief dan in maart, zo meldt het CBS. Het vertrouwen steeg van -4,8% in maart naar 3,6% in april. De trend is al negen maanden stabiel. Ze waren vooral positiever over de verwachte bedrijvigheid en over hun orderportefeuille. Het producentenvertrouwen lag in april onder het gemiddelde van de afgelopen 20 jaar van -1,3%. In oktober 2021 kreeg het vertrouwen de hoogste waarde, namelijk 10,4%. De laagste waarde werd gemeten in april 2020 met -31,5%.
Bedrijvigheid
Een aantal deelindicatoren was positief. Fabrikanten waren in april namelijk positiever over de verwachte productie in de komende drie maanden. Ook waren ze minder negatief over de orderpositie en over de voorraden gereed product. Het aantal producenten dat een toename in productie verwacht was groter dan zij die een afname verwachten. De andere twee deelindicatoren waren negatief. Het aantal producenten dat denkt dat de orderpositie groot zal zijn, was kleiner dan het aantal dat de orderportefeuille klein vindt, gelet op de tijd van het jaar. Het aantal producenten dat de voorraad eindproduct als klein beschouwt, was kleiner dan het aantal dat de voorraden groot vindt.
Bezettingsgraad
Voor het eerst in twee jaar is de benutting van machines en installaties in de industrie toegenomen. Bij aanvang van het tweede kwartaal 2024 was de bezettingsgraad 79,6%. Dat was in het eerste kwartaal van dit jaar 78,4%. De kalendergecorrigeerde productie-industrie was in februari 2,3% lager dan in februari van het voorgaande jaar. Ook op jaarbasis was er een krimp in de productie. Ten opzichte van januari 2023 was er een groei van 1,4%.
Bron: Levensmiddelenkrant
