iStock-1242151456.jpg

Onderzoek onmisbaar bij verduurzaming hygiëneproducten

UTRECHT - In de naam van verduurzaming zijn bijna alle instanties in de wereldwijde samenleving bezig met aanpassingen. We willen allemaal een gezondere en schonere toekomst. Levensmiddelenkrant spreekt met Chuchu Yu, manager Scientific & Regulatory Affairs, en duurzaamheidsmanager Lisa Sligting van de Nederlandse Vereniging van Zeepfabrikanten (NVZ) om de laatste ontwikkelingen op het gebied van hygiëneproducten te ontdekken.

Kim Schoonman |

Niet alleen de producten zelf, maar ook de verpakkingen en de levenscyclus van hygiëneproducten worden onder de loep genomen. Inspelen op de angst van de consument met de claim van ‘natuurlijke producten’ en het verbieden van alles dat chemisch is, lijkt niet altijd de beste aanpak.

Wat zijn de grootste ontwikkelingen in de categorie hygiëneproducten van de laatste tijd?
Yu: “Er worden meer hernieuwbare grondstoffen, ook wel biobased genoemd, gebruikt in schoonmaakmiddelen. In het kader van circulair grondstoffengebruik is dit een positieve ontwikkeling, maar het is op dit moment niet per definitie gezegd dat deze grondstoffen altijd duurzamer zijn dan stoffen gebaseerd op fossiele bronnen. Het is bijvoorbeeld ook belangrijk om in de gaten te houden dat de landbouwgrond die voor deze grondstoffen nodig is, de voedselvoorziening niet in gevaar brengt. Daarom is het nodig om met het toenemende gebruik van biobased materialen met een gedegen levenscyclusanalyse, LCA, te beoordelen wat de voordelen, maar ook de mogelijke nadelen zijn op het gebied van duurzaamheid.”

Wat zijn zoal de uitdagingen bij het verduurzamen van deze producten?
Sligting: “Steeds meer stoffen worden alleen op basis van gevaar en niet risico verboden of beperkt. Zonder wetenschappelijke kennis of bewijs worden beperkingen gelegd op effectieve stoffen die veilig te gebruiken zijn. Dit terwijl chemische stoffen essentieel zijn in onze samenleving en dus ook in was- en schoonmaakmiddelen. Voor wasmiddelen hebben LCA’s uitgewezen dat de meeste klimaatwinst te behalen is in het kunnen wassen op lage temperaturen. Dankzij chemische innovaties zijn we steeds beter in staat om wasmiddelen te maken die ook op lage temperaturen de was goed schoon krijgen. De stoffen die dit mogelijk maken, zijn veelal enzymen. Door aankomende veranderingen in beleid dreigen enzymen op basis van het gevaar te worden beperkt. Onnodig, want op basis van een veiligheidsbeoordeling zijn de stoffen in wasmiddelen veilig te gebruiken. In dit geval geldt: voor het klimaat is het wassen op 30 graden mét enzymen veel beter dan het wassen op hogere temperaturen zónder deze effectieve stoffen. Dit geldt ook voor andere situaties waarbij water wordt gebruikt.”

Kunnen jullie wat meer vertellen over hervulbare verpakkingen?
Sligting: “Voor een circulaire verpakkingsketen zijn er eigenlijk twee mogelijkheden: hergebruiken en hervullen van verpakkingen en recycling en toepassing van recyclaat in verpakkingen. Dit is eigenlijk een vorm van closed-loop recycling (geslotenkringlooprecycling is het proces waarbij een product of materiaal onbeperkt kan worden gebruikt en vervolgens kan worden omgezet in een nieuw product of weer kan worden omgezet in een grondstof, zonder dat het zijn eigenschappen verliest tijdens het recyclingproces, red.). Gevoelsmatig denken mensen vaak dat hergebruiken en hervullen van verpakkingen eigenlijk altijd de duurzame optie is, maar dit is niet het geval. Het zal per situatie verschillen wat de meest duurzame optie is en het is belangrijk dat rekening wordt gehouden met alle aspecten van de levenscyclus van de verpakkingen. Hervulbare verpakkingen moeten vaak van zwaarder materiaal gemaakt worden, dat daardoor ook een impact heeft op de milieubelasting. Bovendien moet in het geval van hervulbare verpakkingen rekening gehouden worden met het waarborgen van de hygiëne in de verpakking zelf. Schoonmaken met een schoonmaakmiddel uit een verontreinigde verpakking is contraproductief.”

"Zonder wetenschappelijke kennis of bewijs worden beperkingen gelegd op effectieve stoffen die veilig te gebruiken zijn"

Zijn jullie bepaalde trends opgevallen?
Sligting: “Chemofobie is een irrationele angst voor chemische stoffen. Het heerst al enige tijd in de samenleving, maar speelt ook steeds vaker een rol in de totstandkoming van beleid, bijvoorbeeld voor het klimaat. We zien dit ook in onze branche gebeuren. Ik gaf al aan dat chemische stoffen onnodig worden verboden of beperkt. Tegelijkertijd wordt er ingespeeld op deze onnodige angst door ‘natuurlijke producten’ aan te bieden waarbij het vooroordeel van ‘natuurlijk is veilig’ veelal meespeelt. De wetgeving eist dat het veilig is, waar het product of de stoffen ook vandaan komen. Want natuurlijke stoffen kunnen zeer gevaarlijk zijn. Denk bijvoorbeeld aan botulinetoxine, ook wel bekend als ‘botox’, dat spierverlammingen kan veroorzaken. Daarom is het belangrijk om kritisch te zijn op dit soort claims en door te vragen naar de samenstelling van het product.”

Wat kunnen jullie vertellen over gemaksproducten in het kader van verduurzaming?
Yu: “Als we beoordelen op duurzaamheid spelen veel verschillende aspecten mee. Dat erkennen ook de Verenigde Naties en zij stelden daarom de 17 duurzame ontwikkelingsdoelen samen, de Sustainable Development Goals, de SDG’s. Deze doelen zijn vastgesteld voor de periode 2015-2030 en geven aan welke uitdagingen we tegenkomen op weg naar een duurzamere wereld, zoals klimaatverandering, gendergelijkheid én een goede gezondheid voor iedereen. Voor dat laatste doel is het essentieel om doelgericht en efficiënt schoon te maken en waar nodig te desinfecteren. Daar waar desinfectie nodig is, is het cruciaal om te zorgen dat mogelijke ziekteverwekkers geen kans meer krijgen. De inzet van schoonmaak- en desinfectiemateriaal voor eenmalig gebruik verkleint het risico van verspreiding via het materiaal. Als herbruikbaar schoonmaak- en desinfectiemateriaal wordt ingezet, is het risico erg groot dat deze ziekteverwekkers voortleven op dit materiaal en bij hergebruik juist weer worden verspreid op het oppervlak. Reinigen en desinfecteren zou op deze manier niet meer effectief zijn en daarmee dus juist niet duurzaam.
Toch is ook het hergebruik van materiaal en grondstoffen een belangrijk onderdeel van een duurzamere wereld. Daarom zetten fabrikanten van reinigings- en desinfectiemiddelen waar mogelijk in op het verbeteren van die circulariteit, zonder daarbij het belang van hygiëne uit het oog te verliezen. Het hergebruik en de recycling van kunststof verpakkingen is daar een goed voorbeeld van.”

Is er eventuele veranderende wet- en regelgeving in aantocht?
Sligting: “Schoonmaakmiddelen die binnen de Europese Unie op de markt worden gebracht, moeten nu al voldoen aan strenge wetgeving die een hoog beschermingsniveau voor de menselijke gezondheid én het milieu waarborgt. Belangrijke wetgevingen in dit kader zijn de CLP-verordening, de Detergentenverordening en REACH. Naast de huidige wetgeving is er onder de Europese Green Deal ook steeds meer wet- en regelgeving in aantocht die aanvullende eisen stelt op het gebied van duurzaamheid. Het gaat dan onder andere om de recent gepubliceerde Verpakkingsverordening, de PPWR met verschillende doelstellingen op het gebied van recycling en de toepassing van recyclaat in verpakkingen, en de Green Claims Richtlijn. Deze richtlijn wordt waarschijnlijk dit jaar gepubliceerd en is bedoeld om greenwashing tegen te gaan en ervoor te zorgen dat bedrijven alleen nog een milieuclaim vermelden als ze die kunnen onderbouwen volgens een geverifieerde methodiek.”

Over de NVZ
De NVZ – Schoon | Hygiënisch | Duurzaam is de branchevereniging voor importeurs en fabrikanten van was-, reinigings-, onderhouds- en desinfectiemiddelen en schoonmaakmachines voor de professionele en consumentenmarkt. De aangesloten bedrijven vertegenwoordigen ongeveer 90% van de Nederlandse markt voor deze producten. Die zijn onmisbaar voor een schone, hygiënische en duurzame leefomgeving, en de NVZ en haar leden dragen bij aan de kennisverspreiding en -ontwikkeling op die waarden. Naast het zijn van een helpdesk voor leden, gaat de NVZ in gesprek met externe belanghebbenden, zoals de retail, overheid en maatschappelijke organisaties.

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.