Peanut butter visual#2.jpg

Fabrikanten

Het pindakaascollege

DOETINCHEM - Tweederde van alle Nederlandse huishoudens heeft een potje pindakaas in het keukenkastje staan. Onder het segment zoet broodbeleg is pindakaas het populairste product. Maar is het eigenlijk wel zoet? En waarom noemen we het product geen pindaboter, zoals in het buitenland? Nico Kanen en Jeroen Wiskerke van Intersnack vertellen alles over pindakaas wat we altijd al wilden weten.

Janneke Vermeulen |

Hoe het begon
Wiskerke: “De oorsprong van de pindakaas ligt bij de Azteken en Inca’s, die honderden jaren geleden al pasta’s maakten van pinda’s. Later, zo’n 130 jaar geleden, werd in de Verenigde Staten pindakaas – daar heet het product peanutbutter – ontwikkeld, specifiek voor ‘slechte’ eters, zoals kinderen en bejaarden. Eind 19e eeuw werden de eerste patenten aangevraagd: Edson ontving het patent voor het malen van pinda’s, Kellogg voor het proces van het maken van pindakaas en Straub voor de pindakaasmachine. In 1904 werd het product geïntroduceerd op de wereldtentoonstelling in het Amerikaanse St. Louis. Met de Tweede Wereldoorlog deed pindakaas ook hier zijn intrede, toen de geallieerden het in hun rantsoen meenamen als eiwitrijk, houdbaar en lekker product. Calvé bracht pindakaas commercieel op de Nederlandse markt in 1948. Hun bekende reclames, met als vaste slogan Pindakaas, wie is er niet groot mee geworden? , zijn in de decennia daarna de drijvende kracht geweest achter het groeiende succes van het product.”

De pinda
Kanen: “Pindakaas is een natuurproduct; de pinda bepaalt deels de smaak. De oerpinda komt naar verluidt uit Bolivia. Ook de pinda voor de Nederlandse markt komt uit die regio, hoofdzakelijk Argentinië. Verder bepaalt ook de branding van de pinda het smaakprofiel: hoe donkerder je brandt, hoe meer roasttonen de pindakaas krijgt. In het Verenigd Koninkrijk – een andere grote markt op de Europese pindakaasmarkt – zie je veel lichtere pindakazen dan in Nederland. Deze smaken wat boniger dan wij in Nederland gewend zijn. Overigens is de pinda, in tegenstelling tot wat veel consumenten denken, geen noot maar een peulvrucht. Toch wordt-ie vaak vergeleken met noten vanwege de smaak en bite.”

"De toepassingsmogelijkheden zijn gegroeid"

PeanutBUTTER versus pindaKAAS
Wiskerke : “Nederland is het enige land wereldwijd waar we geen pindaboter, maar pindakaas zeggen. Boter is namelijk een beschermde titel en mag alleen gedragen worden door producten die minimaal 80% melkvetten bevatten. Toen het product hier in 1948 op de markt kwam, lag ook het product leverkaas in de schappen. Daar zat ook geen kaas in, maar zo werd het idee opgevat om ook de nieuwbakken pindapasta de term kaas mee te geven.”

Recente ontwikkelingen
Kanen: “Het Nederlandse marktvolume van pindakaas is de laatste tien jaar enorm gegroeid, van circa 15 miljoen naar circa 22 miljoen kilo per jaar. Nederlanders eten inmiddels gemiddeld 4,7 gram pindakaas of notenpasta per dag, volgens de onlangs gepubliceerde Voedselconsumptiepeiling van het RIVM. Die groei heeft deels te maken met de toenemende aandacht voor gezondheid en duurzaamheid – pindakaas is immers een plantaardige eiwitbron. Maar ook de toepassing is veranderd: pindakaas wordt niet alleen gegeten op brood, maar ook door de havermoutpap of als tussendoortje, zoals in smoothies of zo uit de pot – ‘spoonen’ noemen wij dat. Ook wordt het product meer gebruikt in sauzen bij het avondeten én om mee te bakken, bijvoorbeeld in muffins. Tevens is het aanbod gevarieerder geworden: in sommige grote supermarkten staan wel 40 tot 50 verschillende pindakaasartikelen in het schap, waaronder diverse smaakvarianten, verschillende groottes en variaties met en zonder stukjes pinda. Verder zien we de laatste jaren veel meer gezondere pindakazen zonder zout en suiker en pindakazen zonder stabilisator, waardoor er vaak een laagje olie op de pindakaas komt te staan. Steeds meer consumenten hebben, eigenlijk tegen onze oorspronkelijke verwachting in, er geen moeite mee om even door het potje te roeren.”
Wiskerke: “Ook verwachten we dat notenpasta’s naast pindakaas uit zullen groeien tot een nieuw segment. Onder de jonge generatie zijn deze producten al erg geliefd.”

Hartig of zoet?
Wiskerke : “Dat is een vraag die veel consumenten bezighoudt, merken we keer op keer bij marktonderzoeken. Er is ook geen eenduidig antwoord op te geven; pindakaas met honing heeft natuurlijk een zoet smaakprofiel, pindakaas met sambal is weer een hartig product. De meeste consumenten beschouwen pindakaas in elk geval als een gezond alternatief binnen het zoete broodbeleg. De opname van 100% pindakaas in de Schijf van Vijf heeft daaraan bijgedragen.”

Duurzaamheid product en verpakking
Kanen: “De duurzaamheidsontwikkeling gaat uiteraard niet aan pindakaas voorbij. Wat betreft de verpakking verwachten we dat de glazen potten op termijn vervangen zullen worden door plastic potjes. PET-potten hebben een lagere footprint. Naarmate het recyclepercentage voor PET de komende jaren zal stijgen, wordt het verschil in footprint ten opzichte van glas alleen maar groter. Verder werken wij hard aan de verduurzaming van het product pindakaas. Intersnack is een van de drijvende krachten achter het multistakeholderproject dat uitgevoerd wordt onder toezicht van SAI (Sustainable Agricultural Initiative). Daarin kijken we in Argentinië, waar onze pinda’s vandaan komen, hoe we de milieu-impact van de pindateelt kunnen verlagen – de pinda’s bepalen namelijk voor 65% de footprint van het totale product.”

Nico Kanen is category development manager voor chips, noten en pindakaas bij Intersnack. Het bedrijf produceert en levert al decennia pindakaas voor de Europese markt, zowel private label als A-merken.
Jeroen Wiskerke werkt als senior category developer bij Intersnack aan onder andere innovatie en reformulatie van de pindakaascategorie.

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.