Merken hebben het moeilijk, lees en hoor je! Grondstoffen worden duurder, net als de verpakkingen, salarissen, transport en noem maar op! En dan is het ook nog lastig om deze kostenverhoging in de prijs door te berekenen. Lastig! Tja, en wat te denken van het private label, dat met de inflatiezeilen in de rug blijft groeien. Private labels die steeds minder innovaties van de merken hoeven te pareren en overtreffen.
Inmiddels hebben de private labels een marktaandeel van ruim over de 50% en waarschijnlijk al ruim 60%.
Foodretailers hoor je ook klagen. AH vindt zijn marge van 3,5% in de EU nog te laag. Terwijl veel van zijn collega’s daar heel blij mee zouden zijn. Want sommige formules hebben het moeilijk en zien zelfs hun marktaandeel dalen. Lastig!
Het is niet zo moeilijk om deze ‘lastige’ tijd toe te schrijven aan omstandigheden buiten je macht. Soms terecht, maar misschien is de oorzaak ook in eigen huis te zoeken. Als je kijkt naar de lijst van de Top 100 merken, dan vallen enkele zaken op.
De gevestigde merkorde heeft het moeilijk. Natuurlijk met enkele uitzonderingen (de sterke actieve merken). Veel merken staan stil. De groei moet komen van de nieuwkomers en vooral van de familiebedrijven. Daar zijn de beslislijnen kort en is de durf groot. Ook om in de toekomst te investeren!
Is het dan alleen maar kommer en kwel in de branche? Niet echt, het is maar hoe je ernaar kijkt.
Kort geleden kwam de Quote 500 weer uit. Ik kwam 14 (!) namen van ‘kruideniers’ tegen. Waarvan 10 (nog) actief meededen. Van de familie Van Eerd (nr. 10 – € 2,7 miljard) en de familie Van den Broek (nr. 71 – € 730 miljoen) tot Jan Bun (nr. 460 – € 135 miljoen). Hij staat net onder Ton ten Have (nr. 416 – € 150 miljoen).
Collega-franchisenemers zijn Hans Geveling (nr. 328 – € 190 miljoen) en Gerard van den Tweel (nr. 231 – € 255 miljoen).
Een sterke formule en bevlogen ondernemers zijn een succesrecept! Dat blijkt!
Natuurlijk keek ik ook naar (soms uitgeknepen) merken. 26 Merken/mensen vond ik. Van Heineken (nr. 1 – € 12,6 miljard) naar Swinkels (nr. 61 – € 790 miljoen), via onder meer Fred de Rooij van Remia (nr. 163 – € 230 miljoen) naar Wim Boerman van de Merba-koekjes (nr. 470 – € 130 miljoen) en Robert Hoogstra van Euroma (nr. 495 – € 125 miljoen). Ook vaak ondernemende familiebedrijven!
Mijn conclusies:
1. Ondanks de kleine marges is er toch geld te verdienen.
2. 16% van de mensen uit de Quote 500 zijn direct te koppelen aan de levensmiddelenbranche.
3. Een sterke formule en een echte ondernemende franchiser is een krachtige combinatie.
4. Sterke familiebedrijven hebben de meeste kans op succes.
Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.
