DSC_0036 (1).JPG Brood van gisteren is een groot succes bij Jumbo.

Jumbo vermindert voedselverspilling met innovaties

VEGHEL – Van een avocadoscanner tot een verspillingsbak, bij Jumbo staat het terugdringen van voedselverspilling hoog op de agenda. Het onderwerp speelt op het hoofdkantoor bij inkopers, in de samenwerking met leveranciers en bij het ontwikkelen van innovaties, maar ook op de winkelvloer is voedselverspilling het gesprek van de dag. Hoe staat het er nu voor bij Jumbo?

Lisa van der Linden |

Lieke Kersten en Julian Markus, duurzaamheidsadviseurs bij Jumbo, vertellen aan Levensmiddelenkrant over de huidige stand van zaken en werpen een blik op de toekomst van voedselverspilling.

Sinds wanneer staat voedselverspilling bij jullie op de agenda?
Kersten: “Het is altijd al een belangrijk onderwerp geweest, omdat het zo zichtbaar en tastbaar is. Het heeft natuurlijk een impact op de kosten, want hoe minder je verspilt, hoe minder je hoeft weg te gooien en af te voeren en hoe meer je hebt verkocht. In 2018 hebben we ons aangesloten bij de stichting Samen Tegen Voedselverspilling.”
Markus: “We hebben ons toen gecommitteerd aan de doelstelling van 50% minder voedselverspilling in 2030 ten opzichte van 2015.”

Wat zijn de belangrijkste veranderingen die Jumbo heeft doorgevoerd om voedselverspilling te verminderen?
Kersten: “Op de winkelvloer is dat absoluut het minder-verspillenmeubel, waarin we producten die tegen de THT aanlopen met korting aanbieden. Dat heeft veel impact gemaakt. Daarnaast bieden we onder de noemer Brood van gisteren brood van de dag ervoor tot 11.00 uur aan tegen een gereduceerd tarief. En ten slotte kijken we ook in de productontwikkeling naar oplossingen, zoals omgaan met reststromen. Producten die uit het distributiecentrum voor thuisbezorging komen en niet geschikt zijn voor onze online klanten – om wat voor reden dan ook – gebruiken we in het bedrijfsrestaurant op het hoofdkantoor. We hebben koks in dienst en zij verzorgen lunch en avondmaaltijden in ons restaurant.”
Markus: “Bij bepaalde producten staat ook het bordje: ‘Dit zijn onze foodhelden’. Dat betekent dat de gerechten zijn gemaakt van reststromen uit eigen keuken. In het restaurant is op een bord te lezen hoeveel eten er op deze manier is bespaard, ook in euro’s. Dat is veel tastbaarder dan in kilo’s en triggert de interne bewustwording.”

In hoeverre heeft dit impact op het werk op de winkelvloer?
Kersten: “Voor de verspillingsbak geldt dat medewerkers de producten in de bak moeten leggen en er een sticker op moeten plakken.”
Markus: “Eigenlijk is het precies hetzelfde qua processen. Medewerkers kijken wat uit het schap moet en leggen dat in de verspillingsbak. Voorheen werd het vernietigd en daardoor hebben we nu ook minder afval.”

Hoe zorgen jullie dat alle winkels en medewerkers worden meegenomen in de ernst van voedselverspilling?
Kersten: “We hebben daar intern diverse communicatiemiddelen voor, zoals via ons intranet of de schermen in de winkels. Op die manier geven we aandacht aan voedselverspilling en nemen we medewerkers daarin mee. Ook komen ze in de winkel in aanraking met dit onderwerp door producten die dicht bij de THT-datum komen, in de verspillingsbak te leggen.”
Markus: “Toch nemen we niet iedereen mee in het verhaal. Het is belangrijk dat de collega’s die procesmatig met voedselverspilling te maken hebben, op de hoogte zijn. Die medewerkers hebben de prioriteit. Je kunt je voorstellen dat we bij de scholieren die bij ons een bijbaan hebben, meer gericht zijn op klantvriendelijkheid. Het is een kwestie van continu overwegen wat belangrijk is qua kennis en wat nice to have is.”

"Technologie en AI gaan grote rol spelen"

Hoe pakken jullie de samenwerking met leveranciers aan als het gaat om voedselverspilling?
Kersten: “Dat is een hele goede vraag. Voedselverspilling is een onderwerp dat ook bij leveranciers speelt, dus zorgen we voor goede contacten over bijvoorbeeld de bestelprocessen en forecasting. Daarnaast kijken we ook naar wat we met reststromen kunnen, zoals handzeep en allesreiniger gemaakt van overgebleven sinaasappelschillen. En brood dat niet wordt verkocht, ook niet de dag erna, gaat terug naar de leverancier. Die kan het vervolgens inzetten voor veevoer. Idealiter zoeken we naar een oplossing voor humane voeding, maar als die er niet is, dan kiezen we voor veevoer.”

Waar liggen nog kansen voor leveranciers om voedselverspilling te verminderen?
Kersten: “Dat is lastig te zeggen; het is voor iedere leverancier anders. Het begint met meten en het zetten van een doelstelling. Er is veel winst te behalen met het inzichtelijk maken van reststromen.”

En wat zouden jullie als supermarktorganisatie kunnen verbeteren om minder voedsel te verspillen?
Markus: “Er liggen op veel vlakken nog kansen, maar het is ook zorgen voor een juiste balans: voldoende producten in het schap, zodat klanten niet misgrijpen, maar ondertussen de derving naar beneden krijgen. Onze bestelsystemen zijn daar op ingericht en we kijken naar wat we met overgebleven producten kunnen doen. Mogelijk kunnen we het verspillingsschap nog verder uitbreiden.”
Kersten: “Verder hebben we niet zo lang geleden de avocadoscanner geïntroduceerd en is er een nieuw intern bestelsysteem, waardoor we beter in staat zijn om de vraag van de klant te voorspellen. Denk aan: 22 graden en zon op vrijdagmiddag. Dat betekent barbecueën. Voor ons een reden om voldoende stokbrood en vlees in huis te hebben, anders is de consument teleurgesteld.”

Welke rol speelt technologie in het verminderen van voedselverspilling?
Kersten: “Er is nog veel potentie in de keten. Leveranciers zijn druk met allerlei initiatieven om versheid en houdbaarheid te voorspellen. Dat volgen we met interesse. Ook AI komt steeds vaker om de hoek kijken. Als er goede toepassingen zijn, dan willen we serieus overwegen om dit in te zetten.”
Markus: “Technologie en AI gaan echt een grote rol spelen in de komende jaren.”

Wat is jullie ambitie op het gebied van voedselverspilling?
Kersten: “De ambitie om voedselverspilling te halveren tegen 2030 is al vrij ambitieus. Om deze doelstelling te behalen is samenwerking in de hele keten cruciaal.”

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.