HOLTEN – In 1990 kwam Vivera met de eerste vegetarische burger en schnitzel. Sinds die tijd heeft het bedrijf een enorme ontwikkeling doorgemaakt en meer dan 30 producten in het supermarktschap gezet in 25 landen. Richard Jansen, die 14 jaar bij de Nederlandse vestiging werkzaam is, nu als sales directeur, vertelt met verve over de open visie die Vivera heeft over plantaardig eten.
Het is de Week Zonder Vlees & Zuivel waarin een bedrijf als Vivera schittert met bekende en nog onbekende hoogwaardige vleesvervangers. Hoe vraagt Vivera aandacht voor de producten in deze week, waarin iedereen weer even met de neus op de belangrijke feiten wordt gedrukt? Namelijk de noodzakelijke bewustwording van de consument. Jansen reageert hierop resoluut: “Het is een belangrijke week. Eerst deden hier maar een paar fabrikanten en supermarkten aan mee, maar nu geeft iedereen er veel aandacht aan. Wij geven er de voorkeur aan om supermarkten te ondersteunen en we doen veel in samenspraak met de retailers. Daarnaast zijn we goed te vinden op de socials. Het is belangrijk om met de retail en fabrikanten samen te werken omdat het begrip ‘plantaardig’ 100% onder de aandacht gebracht moet worden. We moeten de eiwittransitie versnellen, dat leeft nu bij iedereen en dat is een goed initiatief. Ook de retailers zijn zich hiervan bewust.”
Volop in de promo
Op de vraag of Jansen deze Week Zonder Vlees & Zuivel anders aanpakt dan vorige jaren zegt hij nuchter: “Nee, het is niet anders dan andere jaren, we zetten de promo-activiteiten van de categorie in gang en wel met ons hele assortiment. We zien graag bij alle retailers een aanbieding en dat gaat verder dan de burger of schnitzel. We hebben prachtige producten die de aandacht verdienen van elke consument, omdat er voor ieder wat wils is. Onze productenreeks laat dat zien. Je hebt ook als vleeseter elke dag zin in iets anders en dat is bij de flexitariër of vegetariër niet anders. Zo proberen we de vastgeroeste eetpatronen die mensen nu eenmaal kunnen hebben, te doorbreken. Dat is niet makkelijk, maar consumenten kunnen op deze manier makkelijk kennismaken met nieuwe producten.” Het is duidelijk dat Vivera zoveel mogelijk mensen wil bereiken en dus ook zoveel mogelijk smaken in het schap wil hebben. Niet alle producten lijken op vlees. Jansen noemt de vegetarische spinazie/kaas- en falafelproducten als een aantal voorbeelden. “En trots zijn we op de plantaardige drumstick en zalmfilet. We moeten de consument helpen minder vlees te eten en daarom bieden wij zoveel verschillende producten aan. We maken het hen makkelijk. Het doel is dat de sneeuwbal steeds groter wordt en dat wordt-ie.”
Veelzijdig aanbod
Jansen beaamt dat je in de supermarkten steeds grotere schappen met vleesvervangers ziet. “Het klopt dat het aanbod veelzijdiger wordt. We luisteren ook goed naar onze klanten en we hebben gemerkt dat voeding emotie is. We krijgen veel berichten van mensen, zelfs handgeschreven brieven, waarin ze ons bedanken. Dat zijn de leukste, het enthousiasme in die berichten. Hierdoor weten wij ook wat mensen graag eten en wat ze graag op hun bord willen zien. Ons R&D-team gaat hier uitvoerig mee aan de slag. Daar worden de nieuwe producten ontworpen. Vivera heeft hierin een strakke visie. De klant moet iets kunnen herkennen om eerder iets uit te proberen en in beweging te komen. Daarom werken wij vooral met soja en tarwe. Deze ingrediënten benaderen vlees het meest qua bite en structuur en de combinatie heeft een hoog eiwitgehalte. De techniek verbetert doorlopend.” Jansen vervolgt met te zeggen dat ze bij Vivera de lat altijd zo hoog mogelijk leggen. “Dat is iets wat het bedrijf ademt. Ik durf zelfs te zeggen dat onze shoarma beter smaakt dan de vleesvariant, met bovendien een betere voedingswaarde. Het is voor ons belangrijk dat het product vooral herkenbaar en lekker moet zijn. In week 6 kunnen consumenten een nieuw product van ons verwachten bij de retailers. Plantaardige chicken pops. Een geweldige variant op de plantaardige kipnuggets. Hou de winkels maar in de gaten”, zegt Jansen blij. “Over andere nieuwe ontwikkelingen kan ik nog niets loslaten, maar we zijn druk bezig achter de schermen.”
Gehakt in een zakje
Dat Vivera de lat hoog legt, is ook te zien aan het feit dat het duurzaamheidsverhaal overal in terugkomt. Inmiddels is Vivera een B-Corp-bedrijf (Benefit Corporation) wat inhoudt dat het hoge sociale en milieunormen hanteert, transparant is en verantwoordelijk met een juiste balans tussen winst en purpose . Jansen voegt toe: “We halen hiermee het beste uit onszelf en proberen zo mens en planeet ten goede te zijn. Wij zijn koploper qua duurzaamheid, met een doelstelling om de CO2-uitstoot met 45% te reduceren en minder plastic te verbruiken. Mede hierdoor besloot Vivera met een nieuwe verpakking te komen voor het plantaardige gehakt. ‘Gehakt in een zakje’. We zijn de eerste producent die plantaardig gehakt zo verpakt en we willen daarmee een nieuw normaal neerzetten. In dit zakje zit 70% minder plastic ten opzichte van onze voordeelverpakkingen in een bakje. Dit gaan we ook verder uitrollen.”
Toekomst
Jansen besluit met te zeggen: “De plantaardige sector heeft een enorme toekomst voor de boeg en we moeten met z’n allen echt aan de bak met de vele initiatieven die er zijn. Iedereen is ermee bezig. Dan gaat het vliegwiel harder. Het ziet er rooskleurig uit. Bij Vivera willen we dit graag uitdragen en anderen enthousiasmeren dit ook te doen. Niet alleen hier, ook in andere landen.”
Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.